Het blijft een combinatie die ik maar moeilijk kan vatten; profvoetballers en bijgeloof. Volwassen mannen die met hun stoere tatoeages en afgetrainde lijven hun heil zoeken in merkwaardige rituelen om een beetje geluk af te dwingen. Multimiljonairs die uit willen stralen voor niemand bang te zijn, geven de doelpaal een kus of trekken hun geluks onderbroek(Davy) aan in de hoop dat hun ritueel het verschil maakt. Nou heren voetballers, ik zal u uit de droom helpen, het maakt helemaal niets uit.
Ook op het Europees kampioenschap in Polen en Oekraïne kregen we weer een prachtig voorbeeld in de schoot geworpen. De Tsjechen haalden verrassend de kwartfinale, waarop één of andere onverlaat, laten we zeggen Tomas Rosicky – heeft voorgesteld om als team niet meer te scheren zolang het toernooi duurt. Dan zouden ze niet alleen agressiever en lelijker ogen, maar het zou nog geluk brengen ook. Nou, in dat eerste zijn ze aardig geslaagd en hoe het de Tsjechen verging tegen Portugal hebben we allemaal kunnen zien. Negentig minuten lang met de rug tegen de muur, geen kans gecreëerd en door hun vlassige baardjes nog voor lul gestaan ook. Leuk om later aan je kleinkinderen uit te leggen. “Opa had die wedstrijd haar op zijn kin, omdat wij dachten dat het geluk zou brengen.”
Ik probeer mij in te beelden hoe zo’n proces bij onze C1 helden verloopt. De spiernaakte Mart en Lars die onrustig drentelend met een fles Andrélon in hun handen wachtend op een vrijkomend doucheje ineens vanuit het niets zegt: “Hey jongens, zullen we onze baarden laten staan? Dat doen die ijshockeyers ook altijd. Dat is stoer en het brengt nog geluk ook.” Zijn uitgelaten ploeggenoten slaan stil, kijken elkaar verbaasd aan en roepen in koor: “Ja, dat is een goed idee. Doen we! Morgen bij het ontbijt maar even tegen iedereen vertellen.”
Hoe zal Laurent Blanc tegenwoordig terugkijken op zijn lachwekkende ritueel met doelman Fabian Barthez. Voor de jongere lezers onder ons: de huidige bondscoach van het Franse elftal was vroeger een begenadigd voetballer die – voordat de wedstrijd begon – zijn kale doelman altijd op het voorhoofd kuste. Zie Joelle nog niet haar hoofd kaal scheren en dat Remco naar haar loopt en haar kust op haar voorhoofd.  En zal Jackie Charlton inmiddels spijt hebben van het feit dat hij meerdere kansen om aanvoerder te worden heeft laten schieten, omdat hij uit bijgeloof altijd als laatste het veld wilde betreden. Allemaal in de veronderstelling dat door zijn ritueel de punten werden binnengehaald.
Onlangs betrapte ik enkele teamgenoten ook op dergelijke taferelen in de kleedkamer. Ja, dan praten we over jeugd team dat op 3 div. niveau speelt! De spits die er heilig van overtuigd is dat hij alleen met nummer negen op zijn rug kan scoren, de linkermiddenvelder die een vaste play-list op zijn I-pod afspeelt tijdens het omkleden en de aanvoerder die steevast tijdens de wedstrijdbespreking zijn Red Bulletje en banaan begint te verorberen. Ik heb het een heel seizoen glimlachend aangezien. Ergens in hun achterhoofd zullen zij toch ook wel weten dat de wedstrijden op ons niveau op drie punten worden beslist; kwaliteit, inzet en wie op vrijdagavond het vroegst uit de kroeg is komen rollen.
Bijgeloof is eigenlijk niets anders dan je ergens krampachtig aan vastklampen, omdat je ergens niet zeker van bent. Maar als profvoetballers meer zelfvertrouwen krijgen door hun linkerschoen altijd als eerst aan te trekken, twintig kruisjes per wedstrijd te slaan of vier weken hun tanden niet te poetsen, hebben ze mijn zegen. Ze doen er gelukkig niemand kwaad mee. Als ze maar wel weten dat ze alleen zichzelf ermee voor de gek houden.
PS.De tweede helft hebben we gewonnen met 0-1.